De Cauwer ziet Evenepoel een volwassen keuze maken in zijn programma: 'Vingegaard doet dat ook niet'
In dit artikel:
Red Bull-BORA-hansgrohe heeft met de presentatie van het programma voor 2026 meteen de Tour-ambities uitgelegd: de Duitse ploeg gaat met twee kopmannen naar juli, Remco Evenepoel en Florian Lipowitz. Evenepoel slaat daarvoor de Ronde van Vlaanderen over; hij kiest voor de Ardennen en wil met de Tour het hoofddoel op 1 zetten. Die keuze vloeit voort uit de wens om zich niet te verzanden in te veel koerskilometers of onnodige risico’s vóór de Tour.
De voormalige profrenner en analist José De Cauwer vindt het begrijpelijk dat Evenepoel Vlaanderen laat schieten: als hij aan de start verschijnt, moet hij kunnen meestrijden voor de zege; anders wegen de risico’s niet op tegen het voordeel. De Cauwer merkt ook op dat veel ronderenners doorgaans weinig klassiekers rijden en dat de uitzondering — zoals Tadej Pogacar die wél veel eendagswedstrijden aanneemt en zelfs tweemaal Vlaanderen won — niet het nieuwe normaal hoeft te worden.
De combinatie Evenepoel–Lipowitz wordt door De Cauwer grotendeels positief ingeschat: twee sterke kopmannen kunnen elkaar gebruiken tegen een dominante Pogacar, vergelijkbaar met de tactische tandem Vingegaard–Roglic die Pogacar in 2022 onder druk zette. Tegelijk waarschuwt hij voor potentiële conflicten: Lipowitz maakte vorig seizoen een sterke doorbraak (derde in de Tour) en is jonger dan Evenepoel. Als Lipowitz nog verder groeit, kan dat spanningen opleveren over wie de rol mag nemen wanneer beide sterk voor de dag komen.
Kortom: de ploeg kiest bewust voor een Tourgerichte seizoensopbouw met dubbele leiderschapspijlers. Dat vergroot de kansen in de Tour maar kan later vragen oproepen over hiërarchie en rolverdeling als Lipowitz zijn ontwikkeling doorzet.