Tour de France 2026 Parcours etappe 10: Aurillac - Le Lioran
In dit artikel:
Dinsdag 14 juli voert de Tour de France over een korte maar loodzware etappe door het Centraal Massief; de renners klimmen in totaal zo'n 3.000 hoogtemeters, waarvan het grootste deel geconcentreerd ligt in een stuk van ongeveer 50 kilometer. Omdat het parcours in de tweede helft pas echt hard begint te klimmen, is een massaspurt onwaarschijnlijk.
De rit start in Aurillac, een stadje aan de Jordanne dat al vijftien keer in de Tour voorkwam; de laatste passage volgens het artikel was in 2014, toen de 12e etappe naar Villeneuve-sur-Lot ging en Biniam Girmay zegevierde. In het begin verlopen de kilometers over golvend terrein waarna het koersbeeld verandert door een reeks steile hellingen.
De opeenvolging begint met de Col de Néronne (3,8 km à 9,1%), gelegen aan het einde van een lange vals platte aanloop. Daarna wacht de Puy Mary Pas de Peyrol: 5,4 km gemiddeld 8,1% met een tweede deel dat tot 12% oploopt. Na een afdaling volgen de Col de Pertus (4,4 km à 7,9%); op de top resteren nog zo'n 14,6 km.
Na een daling van 6 km naar Saint-Jacques-des-Blats loopt het opnieuw op: de laatste 3,3 km tellen voor het bergklassement met de Col de Font de Cère (gem. 5,8%). Vanaf daar is het nog 2,5 km naar de finish in Le Lioran; het slotstuk is grotendeels naar beneden, maar in de laatste paar honderd meter stijgt de weg nog circa 6%.
Le Lioran roept herinneringen op aan de editie van twee jaar geleden, toen op de steile flanken van de Puy Mary Pas de Peyrol een epische confrontatie tussen Tadej Pogacar en Jonas Vingegaard plaatsvond: Pogacar ging solo, Vingegaard zette een achtervolging in en trok vlak voor de top van de Col de Pertus bij, om uiteindelijk in Le Lioran de Sloveen nipt te kloppen. Deze etappe belooft opnieuw selectief te worden en kan grote invloed hebben op het klassement.