Wat gebeurt er als je Lorenzo Fortunato (Astana) voorlegt dat hij met Giro-benen top vijf kan rijden in de Vuelta?
In dit artikel:
Lorenzo Fortunato (29, XDS Astana) gaat de Vuelta in met duidelijke prioriteiten: in eerste instantie mikken op etappezeges, maar als zijn vorm het toelaat wil hij ook een serieus klassement proberen. Na een sterke zomer — onder meer een tweede plaats in de Ronde van Burgos — voelt hij zich vergelijkbaar aan als tijdens zijn Giro-prestatie en verwacht na de eerste week beter te kunnen inschatten of een top‑10 of zelfs top‑5 binnen bereik ligt.
De Vuelta zelf maakt het klassement lastig: veel punten voor het bergklassement worden verdeeld bij bergop aankomsten, waardoor de uiteindelijke winnaar van de ronde ook waarschijnlijk de bergtrui zal pakken. Fortunato zegt dat etappewinst daarom realistischer is dan het dagelijks verdedigen van een hoog GC‑resultaat, zeker omdat veel beklimmingen na lange vlakke aanloopstukken beginnen — dat bemoeilijkt deelname van aanvallers en versterkt de kopgroepen met renners als Ciccone en Landa.
Favoriete kansen ziet hij op zware beslissers zoals de Angliru en de Bola del Mundo, plus etappe 2 in Italië, al leunt die laatste mogelijk naar een grote groep bij de finish. Omdat Astana zich zo goed als veilig heeft gereden voor een WorldTour‑licentie vanaf 2026, spelen UCI‑punten nu minder dwingend mee; dat geeft de ploeg meer vrijheid om risico’s te nemen.
Tactisch houdt Fortunato opties open: als zijn wattages – hij rekent circa 7 W/kg als maatstaf voor de allerbesten — op piekdagen meewerken, kan hij meedoen voor hoge klasseringen. Voor hem is de Vuelta een succes als hij óf een rit wint, óf uiteindelijk in de top‑10 eindigt. De ambitie om ooit echt klassementsrenner te worden blijft bestaan, maar zijn entourage en ploeg zien een etappezege vaak als waardevoller.